De genenpopulatie van de Australian Cobberdog is te klein. Hoe kan dat eigenlijk?

Veel liefhebbers van de Australian Cobberdogs weten het, de wachtlijsten zijn veel te lang om een pup te kunnen krijgen. De vraag is veel groter dan het aanbod.

De redenen daarvan zijn: 

  1. Er zijn te weinig reuen in Nederland en in Europa
  2. Regels m.b.t. het aanhouden van reuen in een verkoopcontract i.v.m. een concurrentiebeding
  3. Er vallen fokkers/PVR (Professional Voortbrengers Rashond) af omdat deze hun vakbekwaamheid certificaat niet hebben kunnen halen.
  4. Er zijn te weinig Australian Cobberdog fokkers/PVR (Professional Voortbrengers Rashond)

Waarom zijn er te weinig reuen in Nederland?

Antwoord:

Om een genenpopulatie te vergroten moeten er meer ouderdieren worden geselecteerd en er zouden meer nieuwe PVR-leden moeten worden opgeleid die het ras helpen voorzetten. Dit is gisteren ook in een bericht van de MDBA aan ons doorgegeven.

Maar, last but not least… de verkoopcontracten van de ouderdieren moet worden aangepast en de regel om na een geleverde dekking als PVR geen fokreu te mogen aanhouden/selecteren moet er eigenlijk zo snel als mogelijk uit. Als de sodemieter zou mijn vader zeggen. Als dat niet gebeurd, dan kunnen verwachten dat er over 5 jaar geen Australian Cobberdog meer is in Europa, die sterft hier dan uit. Dat geldt trouwens ook voor de Australian Labradoodle. Dat is helaas geen bewering maar een vaststaand feit. De genenpopulatie is te klein geworden.

Waarom hebben professionals in hun contracten staan dat er na een dekking geen reu mag worden aangehouden?

Antwoord:

Eigenlijk is dat ontstaan om zo een andere PVR aan te sporen zelf ook een reu aan te schaffen en nieuw bloed naar Europa te halen.

Diegene met de dure dekreu heeft immers erg veel geld moeten betalen voor een dekreu die vaak vanuit het buitenland komt, dus die betaalde ook importkosten en het hele gedoe er omheen.

Vervolgens is er erg veel inspanning nodig om een dekreu die ervaring heeft met dekken te hanteren bij de aanwezige teven, waarvan de dekreu het idee heeft dat het zijn harem is. Hij loopt vaak recht op, waakt over de teven, want die zijn van hem, hij plast vaak het hele territorium onder om zijn vlaggen te zetten voor reuen van buitenaf, want die moeten wegblijven natuurlijk.

Als de teven loops zijn moet je de reu van de teven scheiden die niet gedekt mogen worden. Dat levert vaak stress op bij zowel de reu als de eigenaar. Je krijgt soms gevallen van aanhoudend janken of uitbreken enzovoorts. Daar heeft de PVR, geloof me maar, heeeel erg veel werk aan om dat in goede banen te leiden, want je wil niet dat de reu zo ontzettend veel inspanning levert en je moet de teven beschermen.

Een PVR is dagelijks heel druk met de roedel, hetgeen vaak erg is onderschat. Het is een fulltime baan waarin men dagelijks bezig is met opvoeden, uitlaten, trainen, het fokprogramma, inlezen, cursussen volgen (waarbij vaak stage of andere activiteiten/trainingen zijn vereist) honden verzorgen, voeden, administratie bijhouden, mensen die op zoek zijn naar een pup te woord te staan of terugschrijven, huidige pupbaasjes blijven begeleiden als ze er om vragen enzovoorts. Je bent blij als je eindelijk op je bed ligt.

Om die reden kan ik zelf tegenwoordig (na mijn ziekte) maar hooguit twee honden thuis houden en plaats ik reuen in een gastgezin voor hun rust.

Wat kan de oplossing zijn voor diegene met de dekreu die een dekking geeft:

Allereerst zouden er meer rasliefhebbers met goed inzicht bij moeten komen die willen gaan meewerken aan het voortzetten van deze bijzondere hond.

Dan zou de competitieve gedachte van het niet te makkelijk willen maken voor de andere PVR omgezet kunnen worden naar een andere samenwerkende opstelling, met andere vernieuwde regels in het contract.

Ik denk dat het niet meer dan redelijk is om een PVR die een dekking vraagt van een collega de prijs van een fokreu te laten betalen voor de dekking, mede gezien de opbrengst van een nest, maar dan mag hij/zij vrij ouderdieren in een nest aanhouden voor zijn/haar fokprogramma, hetgeen zowel reuen als teven mogen zijn. Dan is een PVR immers goedkoper uit dan wanneer hij/zij een reu van buitenaf moest laten invliegen. Daarmee wordt tevens de genenpool verrijkt. De PVR die de dekking geeft is dan blij, want hij hij/zij kan meerdere kosten dekken en helpt daarmee tevens de genenpool.

Betaald hij/zij de gebruikelijke pupprijs voor een dekking, dan mogen er alleen twee teven worden aangehouden. Betaald hij/zij de halve prijs van een fokhond, dan mag hij/zij een reu en een teef aanhouden etc. Zo kun je met elkaar afspraken maken over het aanhouden van fokprospects en kunnen er meer ouderdieren worden geselecteerd. En ja diegene die een dekking nodig heeft en zelf geen reu wil aanschaffen moet dan eindelijk ook eens investeren. Je kunt natuurlijk ook afspraken maken waarmee geen geld is gemoeid, maar waarbij je kunt denken aan reu-ruil en/of dek-ruil in de contractafspraken.

Hieronder een leuke link naar wat we zouden moeten doen om een populatie te vergroten. Duidelijk is hierin ook dat het uitsluiten van reuen eigenlijk de grootste boosdoener is. We moeten ze juist selecteren en in tact houden. Dat is toch eigenlijk ook heel logisch.

Ik probeer dat al jaren over te brengen, want de regel in een dekcontract dat je geen reu mag aanhouden/selecteren, is eigenlijk te gek voor woorden. Daar moeten we snel van af. Daarmee wordt zowel de Australian Cobberdog als de Australian Labradoodle met uitsterven bedreigd.

De link hieronder van `Groen Kennisnet` is echt heel leuk voor Professionals. Je kunt er ook van alles vinden over het doel van fokken, de geschiedenis van de fokker en veel leuke wetenswaardigheden. Echt heel leuk!

https://wiki.groenkennisnet.nl/display/LFH/14.7.1%3A+Het+vergroten+van+de+populatie